Mijn naam is Inge Matthijsse – de Pater en ik woon in Capelle aan den IJssel. Ik ben geboren in 1971, getrouwd en moeder van een zoon en een dochter. Na de Pabo opleiding heb ik jarenlang met liefde en plezier lesgegeven op diverse basisscholen. Binnen de kerkelijke gemeente maakte ik kennis met het pastoraat. Verlangend om meer te leren over God, mensen en mezelf, heb ik de driejarige opleiding Pastorale Hulpverlening aan het Evangelisch College in Zwijndrecht gevolgd.

Al tijdens mijn werk voor de klas wist ik me betrokken op het welbevinden van ieder kind. Het pastorale werk ligt hiervan in het verlengde. Elk mens-en-kind zie ik als uniek geschapen, met mogelijkheden en talenten en in verschillende omstandigheden. Naast de mooie zegenrijke dingen die er in het leven zijn is er ook de gebrokenheid en het niet-maakbare. Juist in die situaties een goede weg vinden kan soms zo moeilijk zijn. Ik merkte dat daaraan mogen bijdragen mijn hart heeft. Om de kennis en ervaring die ik opdeed niet voor mezelf te houden heb ik in 2018 de praktijk opgericht.

Ik heb interesse in mensen en wat ze meemaken en hoe ze zich daartoe verhouden. Respect, ruimte, betrokken, vertrouwen, kwaliteit en maatwerk, zijn daarbij kernwoorden voor mij. Ik word blij van elke dag een nieuwe dag en houd van de natuur. Wanneer na een lange winter in de lente op de akkers het eerste groen tevoorschijn komt en ’s zomers de graanvelden met volle aren staan, dan zie ik het proces terug wat ik in veel gesprekken zie gebeuren en dat geeft hoop! Dankbaar ben ik dat ik dit werk in afhankelijkheid van de Hoopverlener mag doen.

Naast het werk in de praktijk ben ik als docent verbonden aan het Evangelisch College voor de Toerustingscursus Pastoraat. Ook ben ik hulpverlener binnen het netwerk van Het Verdwenen Zelf. Verder kun je me vinden op het platform Pastorale Hulpverlening. Om adequaat en professioneel te blijven werken maak ik deel uit van een intervisiegroep en volg ik geregeld bijscholing.

“Het is niet het verloop van de tijd die genezend werkt,
maar de uiting van het verdriet in een periode van tijd, en de ondersteuning die men vindt bij anderen.” Manu Keirse